Reisverslag: Senegal, Dakar: 19-04-2005: Training Sterilisatie in Diourbel

Beste Allemaal,

Terug in Dakar. Zit hier in mijn luxe suite van mijn hotel. Twee-persoons bed, koelkast, airco, televisie met verschillende zenders inclusief Canal +, ligbad, prima verzorgende keuken. Vandaag was ik in het centrum de stad. Bezocht de leverancier van de apparatuur die in het kader van ons project geleverd werd. Ben daarna naar het hotel terug gelopen (ongeveer anderhalf uur). Met een prachtig uitzicht op de oceaan. Langs de weg zijn diepe open goten voor de afvoer van regenwater. Het is droge tijd, de goten staan daarom nu leeg. Het is al halfdonker. Tussen het vuil in de goot ligt daar een man. Hij ziet me. Ik zie hem. Wat gaat er door zijn hoofd…? …

Zondag ben ik uit Diourbel vertrokken. Met pijn in het hart nam ik afscheid van Dhr. Dione, de directeur van het opleidingsinstituut. De samenwerking is gewoon geweldig fijn geweest. Voor vertrek was ik nog uitgenodigd voor een maaltijd bij de broer van Abdoulaye, de Senegalese collega. De broer heeft me verschillende keren geholpen bij correctiewerk, het schrijven van de namen op de certificaten enz. De vrouw van Abdoulaye kwam me met haar zoon ophalen. De 18-jarige zoon studeert rechten hier in Dakar. Hij is eerstejaars; en vertelt over de universiteit. Hij moet ’s-morgens om 6 uur al in de collegezaal zijn om een plekje te kunnen bemachtigen. De colleges die om 8 uur beginnen worden door 2000 studenten bezocht. Onvoorstelbare toestanden. We hebben boeiende discussies over internationale verhoudingen, zijn plannen voor de toekomst, rechtvaardigheid in de wereld enz. We voeren het gesprek in het Engels! Ongelofelijk hoeveel hij al weet wat er in de wereld gaande is! Onderweg gaan we bij de ouders van de vrouw op bezoek. Een heel aardige familie. Heel energiek nog. Met een grote liefde voor hun dieren.

De cursussen in Diourbel zijn voor wat mij betreft nu afgesloten. Het werden echt hele zware dagen, met lange, lange uren. Maar toch heb ik genoten, ondanks dat het allemaal in het Frans was (dat beslist nog het nodige te wensen over heeft). Ik genoot van de momenten dat je echt contact hebt, dat je discussies losmaakt; als er momenten zijn dat je het gevoel hebt dat de boodschap overkomt. Ook discussies die moeilijk zijn: vooral toen het ging om de keuze van de technologie. Waarom werden er ook nog handbediende apparaten geleverd? Dat is toch iets van het verleden en ze voldoen toch niet meer aan de internationale standaards? Daarmee kwamen hele discussies op gang: over technologie: over ontwikkeling, rijkdom en armoede, de scheve verhoudingen in de wereld. Maar ook het inzicht dat geavanceerde technologie haar problemen kent op plaatsen waar die niet ondersteund kan worden. Discussies op de rand van problemen van rassen, blank en zwart, verantwoordelijkheid van het westen, de rol en houding van veel westerse bedrijven. Maar ook over eigen verantwoordelijkheid. Heel spannend was het. Het blijft dan een kunst om de discussie niet uit de hand te laten lopen… Uit een onverwachtste hoek kan het vuur ineens opvlammen…
Juist deze discussies waren, naast de meer technische zaken echt geweldig goed.
Heel groot respect heb ik voor de techneuten en de andere mensen, die met echt het absolute minimum hun werk moeten doen. Naar het oosten van het land in plaatsen zoals Tambacounda en Ourousogui, ver van Dakar. Daar kampt men door de grote afstanden met extra lastige logistieke en financiële problemen. En er moet gewerkt worden bij temperaturen die de gemiddelde Europeaan zelfs in de sauna niet meer prettig vindt. Over het minimale salaris dat daar tegenover staat heb ik het dan nog niet gehad…Ik heb echt ontzag voor de mannen en vrouwen die bereid zijn om onder die omstandigheden te willen werken. En heb dat ook naar hen uitgesproken. Je zou kunnen zeggen dat men vaak geen andere keus heeft, dat men nauwelijks anders kan; maar ik vind het nog steeds ongelofelijk dapper.

Bijgaande foto’s geven een impressie van de cursussen

Nu nog twee dagen met bezoeken aan het ministerie om het bezoek formeel af te ronden en over te dragen.
Op donderdagmorgen hoop ik dan weer veilig en wel thuis te komen.
En hoop jullie dan ook weer snel te spreken/ontmoeten.

Groeten en beste wensen uit Dakar,

Jan Huys

Reisverslag: Laos, Vientiane. 2004-12-18 PLAMAHS Training

Beste Allemaal,
 Zondag 18 december, vliegveld Bangkok, Thailand.
Het bezoek aan Vientiane in Laos is alweer achter de rug. Ik zit nu hier in Bangkok op het vliegveld in een soort snackbar en heb bijna 11 uur tijd voordat de aansluitende vlucht naar Frankfurt en Amsterdam vertrekt. Probeer een beetje op adem te komen. Het is een enorm intensieve periode geweest! Eerst het bezoek naar Burkina Faso, een tussenstop in Nederland van 1 avond (sinterklaas gevierd) en nacht en daarna door naar Vientiane in Laos. Afgelopen nacht tot 12 uur nog aan het werk. De 2 weken waren wel heel erg kort. Het was het tweede bezoek aan Vientiane. Het ministerie van gezondheid begon het afgelopen jaar met een proef voor de inventarisatie van hun ziekenhuizen en gezondheidsposten. Van twee provincies is dit nu gebeurd voor de grotere ziekenhuizen. Wij mochten hiervoor de ondersteunende software leveren (PLAMAHS).
Vorig jaar in december kon ik de eerste training geven. Tijdens dit bezoek keken we hoe het gegaan is. De eerste resultaten konden worden getoond. Er werd een nieuwe versie gebouwd en hierop werd weer getraind. Er waren gesprekken met de directeuren van de grote ziekenhuizen. Het belangrijkste probleem hier is de taal: Het Lao; met een eigen schrift. Het lijkt een beetje op het Thai. Onze software is in het Engels; deze voor hen toch vreemde taal vormt een grote drempel voor de het gebruik ervan. Weg van de hoofdstad is de kennis van het Engels echt minimaal.
Bij de training zijn mensen uit het hele land aanwezig (foto 2 en 3) en het is noodzakelijk dat steeds vertaald wordt.. Het maakt het werk erg moeizaam. Maar Mono (foto 4), de vertaler doet het geweldig goed! Het blijkt essentieel om in de programmatuur waar dat mogelijk is de Lao taal op te nemen. Het Engels is gewoon te lastig, zeker als het gaat om de juiste benaming van de apparatuur. Dat is in het Engels al moeilijk genoeg. Hiervoor kon nu een heel goede oplossing gevonden worden die het mogelijk maakt in het Loa via hun lokale benaming, de juiste officiële Engelse benaming te vinden. Daarmee blijven de gegevens in de database schoon. Donderdag hadden we een vergadering met de directeuren van de grote ziekenhuizen hier en werd het systeem getoond, met de eerste resultaten van hun eigen inventaris. Men werd heel enthousiast! Echter ook met de directeuren werd het grootste deel toch in het Loa gesproken, een teken dat zelfs op dat niveau Engels een probleem is…
De samenwerking met de mensen is echter geweldig geweest. Vooral met Mono, (zijn volledige naam is Lathanonsay Chansomphou, wel érg lastig te onthouden). Maar ook Souph en Dr. Thanom, de directeur van het departement waarvoor ik werkte. Ook de contacten met allerlei gewone mensen, zoals de jongen van het hotel die daar de tuin verzorgt: hij vertelde elke avond over zijn zorgen en verdriet om zijn vriendin die hem verlaten lijkt te hebben. De ontmoetingen met de mensen in de restaurants, die ik kon bezoeken, de verkopers op de markt, de toek-toek-rijders (toek-toek: een soort 3-wielige taxi). Ik heb genoten!
Laos (zie kaartje, foto 0) heeft ongeveer 6 miljoen inwoners en is bijna 6 keer zo groot als Nederland. Heel lang is het afgesloten gebleven van de rest van de wereld. Pas in de eind negentiger jaren begon het zich meer open te stellen voor de buitenwereld met toetreding tot de ASEAN. Het is het armste land van Zuid-oost Azie… Een voorbeeldje: Mono, de vertaler, deed een studie weg-en- waterbouw in Frankrijk. Als civiel ingenieur kan hij hier rond de 70 Euro per maand verdienen. De directeur van een ziekenhuis verdient 100 Euro. Het hoofd aankoop van medische apparatuur voor de ziekenhuizen binnen het ministerie en die hier verantwoordelijk is voor het beheer van de database, verdient 40 Euro.
De westkant van het land wordt begrensd door de Mekong rivier (foto5) die vanuit China, door Laos, Cambodja en Vietnam de Zuidchinese zee instroomt.. De rivier die ik eigenlijk alleen van naam kende uit mijn jeugd van de berichten over de Vietnam-oorlog. Laos heeft ook enorm geleden onder die oorlog. Met vooral in het oosten nog veel mijnen: het gebied van de Ho-Chi Min route, die als smokkel route werd gebruikt voor smokkel van wapens vanuit Noord naar Zuid Vietnam. De mijnen eisen nog steeds vele slachtoffers. Amerika helpt bij het weghalen van de mijnen. Onlangs werden de middelen hiervoor onder druk gezet. Amerika heeft geld nodig voor de oorlog in Irak. Om daar ook weer bommen te gooien…. Die dan later weer weggehaald moeten worden…
Laos moet een prachtig land zijn. Ik zag foto’s van Vang Vieng een provinciestad, ongeveer 150km ten noorden van Vientiane. We zouden er eigenlijk gisteren heen zijn gegaan. Maar het werk was niet klaar, en hebben het bezoek daarom toch afgelast. Maar het moet er adembenemend mooi zijn. Het is de geboorteplaats van een van de mensen waarmee ik de afgelopen weken intensief samenwerkte. Ook Luang Prabang, de vroegere keizerlijke hoofdstad, cultureel centrum van het land moet een fantastisch mooie plaats zijn… Maar helaas, dit alles moest aan me voorbij gaan.
Het Boeddhisme is de grote godsdienst en doordrenkt de hele cultuur. In Vientiane lijkt op elke straathoek wel een tempel te staan. Zo ook tegenover mijn hotel (Zie foto 6 en 7).
Het land heeft een hard communistisch regime dat sinds de eind tachtiger jaren toch het vrije ondernemen stimuleert. Ik moet bekennen dat ik me niet verdiept heb in de politieke achtergrond van het land. Gewoon te weinig tijd. Wat ik wel dagelijks ervaar is de ontwapenende vriendelijkheid van de mensen. Het land loopt, naar wat men zo zegt, 40 jaar achter.
Sinds enkele jaren heeft het land haar grenzen geopend en is er meer contact met de buitenwereld. De internationale gemeenschap probeert op allerlei fronten ondersteuning te bieden om Laos mee te laten komen in de vaart der volkeren: gezondheidszorg, landbouw, onderwijs, industrie. ’s-Avonds, in het centrum van Vientiane is hun aanwezigheid duidelijk herkenbaar.
Ik kwam er om e-mailtjes te sturen vanuit een van de internetcafes. Voor de duurdere restaurants staan ze: de grote 4 wheel drives van de ontwikkelingsorganisaties. Ze lijken steeds groter en patseriger te worden. Ik kan me voorstellen dat zo’n auto soms handig is als je het platteland in moet en je moet door zwaar terrein. Maar ik ben ervan overtuigd dat je met een kleinere auto nauwelijks vaker vastloopt. En als je vastzit kun je er nog makkelijk uitgeduwd worden door een paar mensen. Ik begrijp niet waarom we als ontwikkelingsmensen in zulke 4 wheel drives moeten rijden en in grote paleizen moeten wonen. Zeker bij de grotere organisaties lijkt het zo te moeten zijn. Natuurlijk moet het voor de internationale expert ook aantrekkelijk zijn om zijn werk te doen. Maar of het zo moet? Ik begrijp het gewoon niet! Welke indruk maakt het bij de lokale mensen? Welke gevoelens roept het op bij de ambtenaren met wie je samenwerkt die het met hun 40 Euro in de maand moeten doen. Het trekt naar mijn gevoel alle verhoudingen totaal scheef! Hoe kan er van een gelijkwaardige gespreksbasis zijn? Is denk dat heel veel wordt beïnvloed door dat nadrukkelijk grote verschil dat ook nog eens zo door de organisaties gecultiveerd wordt. Ik denk dat wat meer soberheid in dit op zicht op zijn plaats is. Het boeddhisme kan ons naar mijn mening hierover nog heel veel leren…
Op de TV schermen met vluchtinformatie is inmiddels de vlucht TG0691 naar Frankfurt verschenen. Het wordt tijd om naar de gate te gaan voor de lange ruk naar Europa… Alles alles goed gaat ben ik morgen weer thuis bij Yoko, Mariko en Junko… Ik hoop jullie allemaal eindelijk weer gauw te ontmoeten. Mijn excuses voor het feit dat het contact de laatste tijd wat weinig is geweest… Alvast een hele fijne kerst en nieuwjaarstijd toe gewenst!
Jan Huijs

Reisverslag: Infectiepreventie en pizza’s in Zuid Afrika. Augustus 2005

Infectiepreventie en pizza’s in Zuid Afrika. Augustus 2005

Al jaren was er sprake van dat er een opleiding disinfectie en sterilisatie in Zuid-Afrika zou worden gestart. Uiteindelijk kon de opleiding het afgelopen jaar beginnen en kreeg ik een uitnodiging een module mee te verzorgen. Zuid Afrika: het land roept het beeld op van de Kaap de Goede Hoop, het Kruger National Park, de Boerenoorlog, apartheid, rassenstrijd, Nelson Mandela…

Na een hartelijke ontvangst zijn we als team de eerste avond uitgenodigd voor een maaltijd in een restaurant in een van de gigantische winkelcentra aan de rand van Kaapstad: een kooppaleis waarin aan alle verlangens tegemoet gekomen kan worden, zolang de portemonnee maar goed gevuld is… Alles lijkt mogelijk in Zuid-Afrika.

In hetzelfde Zuid-Afrika stierven tussen midden 2004 en het midden van 2005 dertig baby’s in drie verschillende ziekenhuizen als gevolg van ziekenhuisinfecties: van allemaal werd aangetoond dat ze veroorzaakt waren door slechte hygiëne. De alarmklok werd geluid. Het doet denken aan het incident met de infuusvloeistoffen in Nederland in 1978 waaraan indertijd 3 mensen overleden. Dit was de aanleiding tot de strenge regelgeving en enorme verbeteringen mbt disinfectie en sterilisatie in ons land. Al jaren was Prof. Shaheen Methar, verantwoordelijk voor de onderzoekscommissie infectie preventie in het Tygerbergziekenhuis in Stellenbosch, (bij Kaapstad) op de hoogte van povere praktijken als het gaat om infectiepreventie en wilde al veel eerder een trainingsprogramma starten. De eerste contacten met haar hierover dateren van de negentiger jaren. Gebrek aan financiële middelen maakte het steeds onmogelijk. De recente tragische gebeurtenissen deden de emmer overlopen. De noodzaak van training werd hard onderstreept en begin 2005 werd een opleiding infectiepreventie gestart aan de Universiteit van Stellenbosch. De cursus loopt over een periode van 2 jaar met verschillende lesweken en praktijkwerk in het eigen ziekenhuis. In een van de lesweken zou sterilisatie van medische hulpmiddelen aan de orde komen en zou plaatsvinden in Augustus. Ik mocht hiervoor het deel over stoomsterilisatie verzorgen; Tina Bradley verbonden aan het Hospital Infection Research Laboratory in Birmingham verzorgde het onderdeel reiniging en disinfectie, met speciale aandacht voor flexibele endoscopen. Booikie Makatini, zelf Zuid-Afrikaans van geboorte, en jaren werkzaam in de CSA’s in Nederland, zou een deel van de praktijk voor zijn rekening nemen.

De cursus wordt gehouden in het grote Tygerberg Teaching Hospital, verbonden aan de Universiteit van Stellenbosch, een stad ten oosten van Kaapstad. Het ziekenhuis werd geopend in 1976, de hoogtijdagen van de apartheid. Het bestond oorspronkelijk uit 2 gescheiden ziekenhuizen: een deel voor de blanke bevolking, het andere voor de niet-blanken. Sinds de afschaffing van de apartheid werd het één ziekenhuis toegankelijk voor iedereen. Het beschikt over 1300 bedden met een staf van rond de 4000 mensen en biedt zorg in vrijwel alle specialismen. In haar partnerziekenhuis, het “Grote Schuur Hospital”, voerde in 1967 de legendarische dr. Bernard, de eerste harttransplantatie uit. De CSA van Tygerberg is beneden in het 12 verdiepingen tellende hoofdgebouw. Een heel ruim opgezette afdeling. Het concept van gescheiden ruimten voor reinigen, verpakken, steriliseren en steriele opslag, werd al bij de bouw doorgevoerd. Daarmee was het indertijd een heel moderne afdeling. Echter sinds die tijd is er aan de inrichting en apparatuur nauwelijks iets veranderd. Er staan 10 enkeldeurs autoclaven waarvan 2 voor vloeistoffen. Allemaal uit dezelfde tijd. Wel werden ze met een verbeterde elektronische besturing uitgerust. Echter ze hebben geen procesregistratie, er worden geen logboeken bijgehouden, er wordt niet gevalideerd etc. Wel doet men de dagelijkse Bowie & Dick test. De reiniging gebeurt met één grote taktwasmachine: ook nog van de oorspronkelijke bouw. De tweede ligt al een hele tijd stil. Afhankelijk zijn van één enkele, antiek te noemen machine maakt de afdeling heel kwetsbaar voor problemen. Verpakken gebeurt in crêpepapier, papieren zakken en textiel.

De cursussen worden gevolgd door mensen uit het hele land: hoofden CSA, apothekers, microbiologen en technici. Een heel brede groep. Door de recente tragische gebeurtenissen trekt de cursus de aandacht van de media. Een TV-cameraploeg van het actualiteitenprogramma “Focus” maakt opnamen voor een rapportage over het onderwerp. Shaheen verzorgt een rondleiding en geeft een interview. De boodschap is duidelijk: Onder leiding van Prof. Shaheen Methar zal de bezem gehaald worden door alles wat infectiepreventie te maken heeft. Met haar overtuiging, haar vakmanschap en haar humor zal het aanzien en de status van de sterilisatieafdelingen drastisch gaan veranderen. De opleiding speelt daarbij een centrale rol.
Onlangs kreeg ik een mail van Shaheen dat de directie van het ziekenhuis heeft ingestemd om belangrijke vernieuwingen door te voeren in de CSA: er komen nieuwe wasmachines en nieuwe sterilisatoren! Haar eerste grote succes! Het alarm is opgepikt…

We bezoeken het bedrijf Safmed dat zicht toelegt op de distributie en productie van sterilisatieverpakkingsmaterialen en controlemiddelen voor de Zuid-Afrikaanse markt en de hele regio van Zuidelijk Afrika. Door financiële steun van o.a. dit bedrijf werd de cursus mogelijk. De directeur Roger Sheard vertelt. Over de grote veranderingen van de afgelopen jaren. Over de wat men noemt affirmative action, waarbij ook de zwarte bevolking in alle regionen van een bedrijf volop deel moet kunnen nemen. Over de spanningen die dat soms oplevert. Er is een grote krapte in de kennismarkt zeker nog onder de niet-blanke bevolking. Als er dan vanwege die krapte gekozen wordt voor een blanke die de kennis wel in huis heeft kan dat al heel gauw tot problemen lijden. Maar de tijden veranderen heel snel. De universiteit waar de cursus gehouden wordt is er een bewijs van. Voorheen een bolwerk van de blanken. Nu een smeltkroes van alle kleuren die deze aarde heeft voortgebracht. Roger ziet de nieuwe tijd als een grote uitdaging om tot een echte integratie te komen. Het bedrijf draait goed. Er zijn overeenkomsten met gesloten om controlemiddelen in licentie te produceren. Er ligt een enorme markt open… Het land werkt aan een grote inhaalslag.

Na een intense week komt de cursus ten einde. Ter herinnering doen we een fotosessie met de hele groep. Het werd het afscheid van een land dat zich opwerkt uit greep van 42 jaar apartheid (1948-1990). De avond tevoren waren we bij Shaheen thuis. Met Booikie Makatini, onze Zuid-Afrikaanse collega die het praktische deel van de cursus voor zijn rekening nam. Hij liet ons kennismaken met muziek van Abdullah Ibrahim (bekend als Dollar Brand) uit de tijd van het verzet tegen de apartheid: Zijn bekendste nummer is Mannenberg, genoemd naar een van de townships bij Kaapstad: Muziek met de emoties van de strijd; het diepgewortelde verlangen naar gelijkheid en vrijheid. Tijdens de fotosessie spoken de beelden in mijn hoofd van de spanningen, rassenrellen, de doden, de strijd en de uiteindelijke overwinning. Bij de omarming bij het afscheid wellen tranen op… De juichende woorden van Martin Luther King (1963), later herhaald door Nelson Mandela (1994), jagen door mijn geest: Free at last! Free at last! Thank God Almighty we are free at last!… Het moment was overweldigend.

De laatste dag van ons verblijf rijden we de stad uit om nog iets van de fantastisch mooie omgeving te zien: de glooiende wijngaarden, de stranden, de majestueuze Tafelberg. We passeren de Mannenberg township. Ze is ommuurd, zodat je van de weg niet binnen kan kijken. Maar hier en daar is er een opening. En op bepaalde plekken kijk je vanaf een heuvel over de eindeloze massa opelkaargepakte huisjes. Bouwsels van hout, blik en plastic. Na de afschaffing van de apartheid wordt op veel plaatsen aan vernieuwde townships gewerkt. Duizenden vervangende huizen zijn in aanbouw. Met de geplande 5 miljoen huizen is het een gigantische operatie. 2 miljoen zijn er inmiddels gerealiseerd. Men loopt achter op het schema. Er is nog zo verschrikkelijk veel te doen… De situatie is uiterst broos. Wederzijds begrip, erkenning en wijsheid van het kaliber van Nelson Mandela zullen essentieel zijn om de tocht vreedzaam te volbrengen…

Aan het einde van ons bezoek gaan we met de hele groep die de cursus verzorgde naar een Italiaans restaurant in Kaapstad. We kiezen voor een pizza. Als we hem proeven is het duidelijk dat we niet met zo maar een Italiaan te maken hebben. We smullen. De pizza blijkt echter van een wel érg groot formaat te zijn. Tina kan de hare niet op. Ze vraagt om wat overblijft mee te mogen nemen. Het restant wordt netjes in een nieuwe pizzadoos gedaan. Wat schetst onze verbazing: de doos is één groot lesboek over Hygiëne en HACCP (Hazard Analysis and Critical Control Points). Bij navraag blijkt dat het productieproces van het restaurant voldoet aan de hoogste eisen voor hygiëne. Het restaurant is vol. Er wordt genoten. Het blijkt dat kwaliteit zicht terugbetaalt. Met een voldane maag, de pizzadoos onder de arm en de overtuiging dat kwaliteitsborging voor hygiëne en infectiepreventie ook in ziekenhuizen mogelijk moet zijn, nemen we afscheid…

Jan Huijs