Reisverslag 22-4-2014. Los Banos, Philippijnen. Another glimpse of paradise

Beste allemaal

Inmiddels al meer dan een week hier in Los Banos.

Afgelopen dinsdag op stap met Romels oom Joel… Het werd een bijzondere tocht!

Dinsdagmorgen 22 april.

Afgesproken met Joel, oom van Romel, om rond 7:00 uur bij het gemeentehuis van Los Banos te zijn. Noel, Romels broer, brengt me met de auto naar de plek. Na wat zoeken vinden we elkaar. Al in Nigeria heb ik met Romel over Joel gesproken. Hij is een mysticus; door de dingen die in zijn leven gebeurden is hij die richting gegaan. In het verleden werkte hij de overheid bij onder andere het kadaster voor het in kaart brengen van nog witte gebieden op de kaart van het land; later als manager voor een steunprogramma aan een groepen mensen die in de bergen wonen; via het overheidsproject werd hen geholpen een vorm van levensonderhoud op te bouwen. Door veranderende inzichten van een nieuwe regering is dat project afgebroken. Hij begon voor zichzelf met een suikerriet plantage. Had 160 gezinnen daarbij betrokken met alles wat bij komt kijken aan gebouwen, vrachtwagens, pers, tractors etc.

Dit is allemaal weer veranderd. Hij verliet alles, zijn gezin, zijn bedrijf. En leeft nu alleen, en verdiepte zich in het esoterische. Datgene wat is maar niet direct toegankelijk.

Doel van onze wandeltocht: een waterval op de Mount Makiling een berg omgeven met mystiek, even buiten de stad. De zon staat al flink hoog maar is te dragen. Geen wolkje aan de lucht. Na een halfuur aan het begin van het bos. We gaan van de weg of een paadje in. Wat oorspronkelijk een verharde weg geweest blijkt te zijn; in de 50iger jaren aangelegd voor grote padvinderijbijeenkomsten op de berg. Langs het pad veel bananenbomen, dacht ik. Maar nee, het blijken bloemdragende “bananenbomen” te zijn: drager van de Birds of Paradise; de eerste die we zien zijn fel rood. Ze verschijnen tussen de stam en de afscheiding van een blad. Met een adembenemend mooie geometrie, kleurzetting; schoonheid. Sommigen echt in de vorm van vogels. Als ze hoog genoeg zijn gaat de bloem naar beneden hangen en krijgen ze hun karakteristieke vorm.

Verscholen tussen de bomen de boerderijtjes; opgetrokken uit bamboo en golfplaten. De boeren telen bananen en de bloemen. Twee kinderen begeleiden ons een stuk. Voor een van de huisjes scharrelen kippen; ze zitten met een poot met een touw vast. We spreken de grootmoeder van de familie aan. Ze zit in haar hangmat. Kijkt voor zich uit. Haar kleinkinderen komen nieuwsgierig kijken. We lopen het bos in. Gigantische bomen; sommige omkneld door klimop-achtige parasiet-planten; die als knellende kabels zich aan de boom vasthouden. Het bladerdak hoog boven ons. Wortelstrukturen aan de basis van de bomen al even indrukwekkend. Een grote boom staat met zijn zoekende wortelstelsel op een rots. De vormen doen denken aan de vormen van een electronenmicroscoop-foto die ik zag van fibrinevezels van stollend bloed. De zelfde lijnen; dezelfde structuren. Bizar. De mechanismen van het leven op die verschillende schaalgroten lijken de zelfde oorsprong te hebben. Uiteindelijk zullen de wortels de rots doen splijten. De enorme boom weet zijn evenwicht te houden; door het doen groeien van wortels op de juiste plek. Wat is hier het sturende mechanisme? De boom moet weten hoe te korrigeren als het gewicht van de boom erboven zich verplaatst door de wind, of door het afbrokkelen van de rots; of door gewicht van groei van takken, bladeren en vruchten..

Een andere boom met zijn vijgachtige vruchten. De vruchten lijken direct uit de stam te groeien. Bij nader bekijken blijkt dat het waarschijnlijk de vruchten van een klimop-parasiet-achtige plant is die aan de stam omhoog groeit. Terwijl we lopen wordt het geluid van water steeds duidelijker. Uiteindelijk de hoge rots; vanaf 20 m hoogte stort het water zich over de rotsen naar beneden in een klein meertje. Een vlek van zonlicht in het meertje door een klein gat in het bladerdek boven ons. We drinken het water dat door de rotsen naar buiten sijpelt. We praten. Horen de mengelmoes van vogels, het neerstortende water; de reflecties van geluid door de ons omringende rotsen. Als een eeuwige zang. Er zouden hier geestelijke wezens wonen. Een hele hierarchie aan wezens. Die onze met gesprekken meeluisteren. Hij vertelt over zijn voorbije leven; en dat wat hij denkt dat komen gaat. Over het verschil tussen sympathie en compassie; over incarnatie; de verschillende niet-stoffelijke lichamen; het dienen van de wereld. De Christus in ieder van ons.

We wassen ons in het water; koud. Maar het voelt  zooo goed; na die wandeling; waarbij ik drijfnat werd van het zweet. Het meertje in. Drijven onder het neerstortend water. Het eindeloze geruis, een soort eeuwig lied van water en diergeluiden. A glimpse of paradise; zo voelt het nu ook weer; zoals 4 jaar geleden; ook hier in de Filippijnen toen ik voor het eerst de onderwaterwereld kon bewonderen.

Na een uur van gesprek, een broodje, genieten; luisteren; het frisse water, is het tijd voor de terugtocht. Kijk omhoog, het groene bladerendek. Zie grote gevleugelde zaden hoog van een boom naar beneden draaien. Het vruchtlichaam als een boemerang; het zaad in het midden met aan beide zijden plasticachtige, doorschijnende vleugels; in een sierlijke draaiende bewegen komen ze naar beneden. Fantastisch  mooi ontwerp voor een zaad. Ontworpen voor uitsluitend dit moment: het naar beneden komen. De val vertragend; mogelijkheid gevend verder van de boom te laten neer te komen. Blijf mijn grote vragen over evolutie hebben. Het concept om valvertraging in te bouwen; dit met een doorzichtig plasticachtige folie; met de exact juiste vorm om de draaiing te veroorzaken. De geest kan niet bevatten dat dit door steeds veranderende mutaties van het dna gebeurt.

 

We komen terug bij de verharde weg. Op een zijtop van de berg een is enorme betonnen pyramide gebouwd; een soort aztekentempel. De bewaker van het terrein vertelt: Het blijkt een enorm theater te zijn waar in februari-maart grote voorstellingen worden gegeven. Binnen in het half-open gebouw geeft het de indruk van een enorm ruimteschip; zoals van de film E.T. van Steven Spielberg. Joel loop naar de overkant; in het tegenlicht van de zon; verschijnt er als de contouren van een ExtraTerrestrial, die zijn eerste contacten met een humanoid wil maken.

Vanaf de berg hebben we een adembenemend uitzicht op het Laguna meer; met grote plantages op de voorgrond, overgaand in de laagvlakte, naar het grote meer. Een kleine caldera van een oude vulkaan. Met water volgelopen. Verderop in het meer grote vis-boerderijen voor onder andere Talapia. Aan de horizon een langwerpig eiland: Wonder Island. Joel kent de eigenaar en ziet mogelijkheden er misschien naar toe te gaan.

Het paradijsgevoel. De Filipijnen; haar schoonheid. We genieten van het uitzicht; laat het op me inwerken.

We vervolgen onze weg weer naar beneden, door de plantages; langs kleine boerderijtjes; de oerbosgeluiden; het groene dak van de bomen; en dan plotseling weer bij de verharde weg van waar we vertrokken. Langs de weg een stalletje waar  een mevrouw haar kokosnoten aanbiedt. Oh man wat blijkt dat overheerlijk. De koele drank met die heerlijke verfrissing; het zachte witte vlees. De vrucht stelt zich totaal beschikbaar aan ons.

De mevrouw blijk een huidprobleem te hebben; op haar wangen; rond haar neus. Joel biedt aan om te kijken. Haar pinken blijken niet de zelfde lengte. De vingertoppen zijn erg rood. Het zou op hoge bloeddruk duiden. Maar de oorzaak ziet hij dieper. Ze zou door een geestelijk wezen beheerst worden dat haar dit aandoet. Het zou uit haar verdreven moeten worden. Exorcisme zou haar kunnen helpen. Een totaal andere benadering van ziekten dan in onze traditie. Na de gesprekken die we hadden krijg ik toch andere gevoelens over deze gedachtegang. Maar het blijft toch een wereld die verborgen blijft; het esoterische; dat waar Joel zo erg mee bezig houdt.

Genieten van de kokosnoot. Het is 13:00; de zon brandt hoog aan de hemel. We lopen naar beneden naar het punt waar de wandeling begon. Terug in de drukte van de stad; het rumoer van de autos, jeepneys, driewieler-motor-taxis; de winkels, de massa van de mensen.

Ik neem een Jeepney terug richting ons huis. Maar ga naar een “coffeshop” (hier drink je daar gewoon koffie) en drink een cappucino. En probeer de ervaringen verder op me in te laten werken. Het was “another glimpse of paradise”.

 

Gisteren heb ik hier Miso soep gemaakt; kon niet alle ingrediënten krijgen. Maar werd toch heel lekker!

Morgen wil ik een appeltaart bakken… Hoop dat het gaat lukken!

Zr. Monica, nog heel hartelijk dank voor je mail van 1 april! Dank ook voor de tip voor de calender!

Onze poes heet inderdaad Puma! Je geheugen is nog helemaal goed hoor!

Yoko is gisteren uit Japan teruggekomen in Nederland.

Ze heeft er ook Junko ontmoet! Ze hebben een hele goede tijd samen gehad!

Ik kom op 20 mei weer naar huis.

 

Allerbeste wensen hier uit Los Banos. Hoop je in de komende weken af en toe op de hoogte te houden!

Ook heel veel groeten van Romel, Noel (Romel’s broer) en Hyna (vrouw van Noel)!

Jan

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *